Home
Home
DEEL 1
Stefanus de Lange de Goudse
kleipijpenmaker in zijn schuurtje
(mei 1942)
Al vanaf 1660 komen we pijpenmakers tegen
in het Goudse met de naam de Lange
In een van de achterstraatjes van het vriendelijke oude stadje Gouda,
staan op een afgezonderd terrein een paar oude huisjes, gemoedelijk
tegen elkaar geleund.
Gilde pijpenmakers
Want eens herbergden ze binnen hun muren het vermaarde Gilde der
Goudse-pijpenmakers en weerklonk er in het voorhuis nog geregeld het
monotome geklop, telkens wanneer de ijzeren stop bij het vormen van de
beroemden Gouwenaar, in de koperen matrijs werd gedreven.
Duizendtallen
Dit was nog in de tijden dat de Goudse pijpen bij duizendtallen in deze
woninkjes werden vervaardigd uit grote blokken klei en gereedgemaakt voor de oven,
waaruit ze dan in steen veranderd en sneeuwwit te voorschijn kwamen,
gereed om de wereld te worden ingezonden en de roem van het Goudse
pijpenmakersgilde te verbreiden tot ver buiten onze grenzen.
Roem overleeft
En juist hierover is het, dat de oudjes die daar op het gemeenschappelijke erf
zo genoeglijk onder elkaar zitten te babbelen. ’t Telkens weer opnieuw hebben.
Ze weten het niet, en toch – hoezeer behoren zij bij die decadente huisjes, welke
als het ware een symbolisch fond vormen voor deze corypheen van een ambacht,
dat door de evolutie der tijden zo deerlijk in verval is geraakt.
Want de Goudse pijp heeft haar roem overleefd - haar glorie tijd is reeds lang
voorbij en slechts de herinnering bleef bestaan.
SCHUURTJE
En toch is er nog een der bewoners van deze oude huiskes die de tijd nog niet
gekomen acht om het bijltje er bij neer te legen en zich te voegen bij de anderen.
‘t Is Stefanus de Lange, een der laatst over gebleven pijpenmakers die zijn ambacht
nog steeds uitoefent – als voorheen. Hij werkt daar in een schuurtje op het erf achter
z’n huisje, omdat de vloer van ’t voorhuis door de ouderdom totaal is verzakt.
Hij is dagelijks in z’n schuurtje te vinden, van den morgen tot de avond, want de oude
Steven is zo met zijn werk “vergroeid”, dat hij het niet meer opgeven kan en het
tenslotte een levensvoorwaarde voor hem geworden is.
Want evenals de kunstenaar zich een voelt met zijn werk, zo onafscheidelijk is
Stefanus met zijn pijp verbonden.
Bezige handen
Zolang zijn bezige handen dan ook hun werk nog kunnen vinden, de klei weten te kneden,
te persen en te vormen tot de lange of korte pijp, de pijp met de schuinen dan wel een
met de rechte kop, en deze aaneen te rijen op grote houten bakken, tot z’n dagtaak van
duizend stuks is afgewerkt, zie, zolang zal Stefanus’ leven voort-ebben op gladde zee –
doch als eenmaal de dag zal aangebroken dat Steven’s vaardige handen de pen niet
meer door de pijpensteel zal kunnen drijven, dan ziet het er voor de oude slecht uit,
want dan is zijn taak volbracht en bestaat de reden van zijn aards bestaan voor hem niet meer.
(wordt vervolgd)
Op de schaats Goudse pijp halen
Duizenden Rotterdammers zijn in de historie naar Gouda komen schaatsen
om een Goudse pijp te halen, deze werden dan in Gouda op muts of jas genaaid.
De kunst was het dan om de pijp heel naar Rotterdam te schaatsen.
Bij een val het jaar daarop maar weer proberen . . .!!!
Dit verhaal gaat over de Gouwenaars die met een kraampje
de schaatsers ontvingen bij de Wetering vanaf Moordrecht.
In vroeger tijden aan de Lazaruskade.
Winter 50-51, mijn vader (rechts) met Cees Dortland
onze overbuurman op de Nieuwe haven.
Geld verdienen voor het gezin
Toen mijn vader na de tweede wereldoorlog zijn beroep als glazenwasser
weer ging uit oefenen, wilde hij in de winter dat er niet gezeemd kon worden
toch geld verdienen voor het gezin. Want zo breed hadden we het niet in die tijd.
Stalletje
Eén van de dingen die hij deed was met een stalletje op het ijs bij de Julianasluis
gaan staan waar toen de Rotterdammers aan kwamen na een lange soms
moeilijke schaatstocht.
Handel
Zijn handel was divers: stroopwafels, Goudse spritsen, (zijn die er nog) gevulde
koeken en chocolademelk.
Daarnaast de pijpen en pijpjes. De lange werd op de rug gebonden zodat bij het
voorover vallen niet brak en de krulletjes (kleine pijpjes) werden op de pet of muts genaaid.
De pakken met stroopwafels en spritsen gingen met touw of linten om de nek.
Soep bijna op . . .
Ook de erwtensoep vond gretig aftrek en als die bijna op was werden er een paar schepjes
sneeuw bij gedaan zodat er weer voldoende was.
Bakken met zaagsel
Als het ging vriezen en de schaatstocht zich aankondigde werd het hele gezin
in stelling gebracht.
De pijpen kwamen van Goedewaagen aan het Jaagpad en werden in bakken met zaagsel
aangevoerd en op de tafel uitgestald om geschilderd te worden.
Vader deed de grote en wij de krulletjes. Avonden hebben we geschilderd en dat
vonden we leuk want dan mochten we later naar bed.
Wij tevreden en de Rotterdammers ook.
Zij die niet meer terug wilden schaatsen namen op de dijk de bus (Gebr.van Gog)
naar Kralingen.
Winter 1954, mijn vader met 2 jonge kopers van de lange pijp.
Prikslee
Zelf heb ik plezier gehad met mijn prikslee naar Moordrecht heen en weer.
Behalve met tegenwind. Zal er nog eens zo’n winter komen?
Misschien wel, maar dan zonder Rotterdammers die toen met velen
naar Gouda kwamen.
Dirk Prins (hartelijk dank voor dit prachtige verhaal)
GESCHENK
Prachtig geschenk voor St. De Goudse Pijp van Rotterdamse familie.
Heel hartelijk dank voor deze bijzondere Goudse meter pijp.
Op de pijp het hielmerk gecroonde 65 gemaakt bij de Goudse pijpenmakers
familie van Duijn. (zie historie van dit bedrijf op deze pagina).
Schaatstocht traditie
Omstreeks 1910 was er de schaatstocht Rotterdam – Gouda en weer terug.
De bedoeling was een (lange) Goudse pijp gekocht in Gouda op de rug
gebonden heel over te brengen (schaatsen) naar Rotterdam.
Foto dhr. Jan van Dam geb. te Overschie wist de getoonde lange Goudse pijp
rond de tocht van 1910 heel terug te schaatsen naar Rotterdam.
Deze pijp is dus een uniek monument.
Duizenden Rotterdammers schaatsten naar Gouda
om terug te keren met een echte Goudse pijp een verslag
Aanziet de wereld op het ijs . . .
Op het baantje krabbelt de mensheid. De gracht is blank en glad, merkwaardig glad na al de dooi- en vries-afwisselingen. Ergens aan het eind staat een scheefgezakte paal met een bordje ,,Gevaarlijk IJs.” Vlak daarbij staat een agent.
Waarschijnlijk heeft ie een klap gehad. De paal bedoel ik natuurlijk.
Tocht naar Gouda
De prachtige aanhef, waarmede ik de beschrijving van een tocht per schaats naar Gouda wilde beginnen, ontschoot mij, juist op het ogenblik dat mijn beide benen onder mijn lijf weggleden en ik vrij onzacht op het glas-harde ijs van de Wetering neersmakte.
Zo blijft er nu niets anders over dan kort en zakelijk mede te delen, dat wij zondagmiddag uitvoering gaven aan het plan om eens per schaats naar de Pijpenstad te gaan.
Niet zo zeer met het doel ’n werkzaam aandeel te hebben in de plotseling oplevende export van sprits en stroopwafels, dan wel om voor onze lezers na te gaan in hoeverre de baan naar Gouda betrouwbaar en berijdbaar is.
Niet de enige
Wij zijn niet de enige Rotterdammers geweest, die gisteren naar Gouda reden, ettelijke honderden, misschien enige duizenden, hebben van het goede ijs en het mooie weer geprofiteerd om nog eens dit klassieke tochtje te ondernemen.
Klassiek is geenszins overdreven, want ouder dan de weg naar Kralingen is de om de zoveel jaar weer nieuwe ijsweg naar de stad der veelsoortige bakkerijen.
Korte Kade
Aan het einde van de Kralingsche Plaslaan, bij de Korte Kade, hebben wij de schaatsen onder gebonden. De eerste slagen waren niet slecht, maar aan ,,gang maken” viel voorlopig nog niet te denken. Enige wakken maakten voorzichtig rijden noodzakelijk en juist toen wij dachten dat het rijden begon stonden wij voor de eerste hindernis: een niet-onbewaakten overweg, waar een heus niet kwaadaardige, maar toch stampvoetende ijsman gereed stond om het eerste kopergeld-offer in ontvangst te nemen.
Ceintuurbaan hindernissen
Het aantal brugjes en overstappen weten we niet precies, een feit is, dat de toch tot de Ceintuurbaan rijk aan hindernissen was. Maar voorbij de Ceintuurbaan ging het uitstekend; het ijs, lekker hard en spiegelglad, bleek goed geveegd te worden door de mannen van de Zuid-Hollandschen IJsbond, terwijl een stevige wind er nog het zijne toe bijdroeg om de baan schoon te houden.
Op dit traject leerden ik mijn collega als schaatsenrijder kennen: de gelukkige, zijn lange benen veroorloofden hem slagen te maken, die mij herinnerden aan het sprookje van deReus met de Zevenmijls-laarzen en eerlijk gezegd, heb ik mij de verderen middag volmaakt Klein Duimpje gevoeld.
Fraai gekrulde
Bij de grote ophaalbrug waar mijn vriend al stond te wachten, mocht ik even uitblazen, waarna wij broederlijk arm in arm over de bemesten Macadamweg strompelden, om aan de andere zijde der brug onze tocht weer te vervolgen.
De ijsbaan werd steeds mooier, ook breder. Het was er gezellig druk en ontelbare Rotterdammers kwamen met de wind in de rug, omhangen met pakjes sprits, busjes wafelen en fraai gekrulde/lange Gouwenaren (pijpen), ons tegemoet gereden.
Hemelsblauw anijsmelk
Bij Nieuwerkerk gaven velen gehoor aan de vriendelijke uitnodiging om ,,er is aan te leggen”. Wij smaakten het genot van een stroopwafeltje en dronken hemelsblauw gekleurde anijsmelk, die 20 cent per kop kostte, waarmede we maar willen zeggen, dat wij niet de enigen waren, die van het ijs profiteerden.
De baan was goed, Maar was op sommige plaatsen wat erg smal tengevolge van het te lang opengehouden vaarwater.
Spoordijk Moordrecht hindernis
Een moeilijk te nemen hindernis bleek de spoordijk bij Moordrecht. Hier was niets, maar dan ook niets gedaan om het de schaatsenrijders gemakkelijk te maken. Wie zijn schaatsen niet naar de maan wilde helpen, deed het beste af te binden.
Het traject tot aan de sluis kunnen wij niet anders dan slecht noemen; de talrijke schotsen en oneffenheden maakten snel opschieten onmogelijk.
Dit eindje vergaten wij echter spoedig, toen wij ’n ogenblik later met de even gedraaide wind achter ons, met een ‘’reuze” gangetje over de gladde ijsvloer krasten.
De baan besloeg hier de volle breedte van het kanaal, zodat de meer geoefende rijders alle gelegenheid hadden om hun fraaiste krullen te draaien. Zij lieten deze gelegenheid niet ongebruikt voorbijgaan.
De laatste paar honderd meter brachten weer nieuwe hindernissen, maar ook aan tippelen over planken met zwikkende schaatsen kan men ten slotte wennen.
Venters
Eerder nog dan wij konden denken, waren wij in Gouda, waar alles wat schaatsen reed bestormd werd door venters, die met vriendelijke, doch zelden doelmissende drang pijpen, sprits en stroopwafels, tegen een zacht prijsje aan de man brachten.
b
HET BEGIN
Rotterdammers schaatsen naar Gouda voor Goudse pijp
Van Nieuwerkerk op den IJssel, schrijf men, dat het ijs op de kleine of
NOORDER plassen (vanaf 1895 Kralingse Plas), tussen Rotterdam en
Nieuwerkerk op den IJssel, zeer sterk en zonder open gaten of wakken
ligt, en een baan of schaatsenrijdersbed is gevestigd van Rotterdam tot
Nieuwerkerk, op de gemelde plassen, beoosten welk dorp de passage
op de grote Zuidplas (waaraan dorpen als Waddinxveen, Moerkapelle,
Nieuwerkerk en Moordrecht lagen) minder aangenaam en maar
gevaarlijk wordt, doch in de plaats waarvan het nieuwe kanaal van de
zuidplas, van Nieuwerkerk tot Gouda, met goed succes wordt bereden . . .
Welvaart van Kralingen
In de zeventiende eeuw groeide de welvaart van Kralingen
door een stijgende behoefte aan brandstof. De vraag ontstond
vanwege de bevolkingstoename, de ontwikkeling van de
baksteenindustrie en de vervaardiging van . . . .
Goudse pijpen (turf voor de ovens).
De veenlagen rond Kralingen leverden uitstekende turf.
Door de afgraving van het veen ontstonden er steeds meer
plassen en er bleef steeds minder plaats over voor bewoning.
Duizenden Rotterdammers hebben deze schaatstocht vanaf de
Rotterdamse plassen (Kralingen enz) naar Gouda geschaatst
voor een Goudse pijp . . . .
In Gouda stonden de kraampjes al vroeg klaar met de diverse
pijpen, sprits en later stroopwafels.
Nu nog moeten deze Goudse pijpen in kamers en op Rotterdamse
zolders te vinden zijn.
Rotterdamse senioren moeten hier zeker nog verhalen over
kunnen vertellen . . .
Stichting De Goudse pijp start onderzoek over deze bijzonder
lange (150 jaar) mooie traditie!!!
opzoek naar de historie van
DE GOUDSE KLEIPIJP . . .!
De Goudse Pijp is ook te volgen op
Stichting de Goudse Pijp maakt DRIELUIK in kroniek vorm.
HET BEGIN begon in 1617. HET KLEIPIJPEN MAKEN in de praktijk en
DE LEEFOMSTANDIGHEDEN van de pijpenmaker(sters)
in Gouda rond 1841 . . .
Terugblik 400 jaar Goudse kleipijp
(deel 2) Fragment uit
LEEFOMSTANDIGHEDEN 1841
Goudse kleipijpenmakers 1811-1832
Raam (oostzijde)
Raam, centrum Goudse kleipijpen industrie!!
Aan de Oostzijde van de Raam (Nonnenwater tot Kuiperstraat) waren in
het eerste kwart van de negentiende eeuw veel kleipijpenmakers
volop actief.
Ook hier enkele grote pottebakkerijen.
Pijpen fabrikanten
Willem Begeer, Dirk Luyt, Machiel Zwartjes, Abraham Goedewaagen,
Maren Sanders wed. Jan Sante, Jan Kruisheer, Adrianus Sparnaay.
Pijpenmakers
Johannes Sluiter, Dirk van Eyk, Simon Boot, Frans Kruisheer,
Franciscus Cornelis Kruisheer, Leendert van Meggelen, Johannes Boer,
Maartyen van Zutphen.
Pottebakkers
Pottebakkers waren hier ook te vinden. Arie Koot en Aart de Jong.
Aart de Jong moet een behoorlijk groot bedrijf gehad hebben.
De Jong bezat hier veel huizen, ook pakhuizen en een stal.
Niet zo gek dat dit een groot bedrijf was, veel pijpenmakers lieten
hun pijpen bakken in de ovens bij de pottebakkerijen.
Dit bedrijf was gevestigd midden in het centrum van de
Goudse kleipijpen industrie.
Stadswandeling ,,De Goudse Pijp”
Een kleipijpenwandeling (1,5 – 2 uur) met verrassende details
uit de rijke Goudse pijpenindustrie.
Voor een geheel verzorgde stadswandeling met kleipijpenmaker
of workshop kunt u contact opnemen met Patrick Vermeulen van
de ,,Stichting De Goudse Pijp”.
e-mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
mob.: 06 53 35 65 04
voor de miljoenen Goudse kleipijpen
Over de Goudse kleipijp en zijn KLEI
De grondstof voor dit broos en teer product, voor dit uiterst breekbaar gereedschap,
is klei, die uit Duitsland, Belgie en Engeland wordt aangevoerd.
Met schepen komt die grondstof voor de fabriek aan en wordt daar in
voorraadschuren opgestapeld; soms in brokken en klompen van 114 kilo gewicht.
Uit diepe putten in de omtrek van Namen en Luik is die klei opgedolven, welke ten
slotte melkwit uit de oven te voorschijn zal komen.
De Duitse klei, die veel brozer is dan de Engelse wordt later krijtwit; de fijne
Engelse evenaart ten slotte de sneeuw in blankheid.
Vermengen
Naarmate de vereiste hoedanigheid van de te vervaardigen pijp worden deze
verschillende soorten van klei door een vakkundige en ervaren hand vermengd,
doch blijft eerste in deze schuren twee, drie jaar aan de lucht blootgesteld, ten einde
door verdamping van zwavel en andere onzuivere bestanddelen bevrijd te worden.
Zo wordt de klei langzamerhand droog.
Zookt
Is dit het geval, dan wordt zij stuk geslagen en twee dagen lang in bakken
met water gelegd, waardoor zij kneedbaar en zacht wordt, of ,,ZOOKT”,
gelijk de technische uitdrukking luidt. Daarna gaat de vermengde klei in een ton,
waar zij tot pap wordt. Bakken en tonnen staan in de onmiddellijke nabijheid van
de molen, die door een stoomwerktuig van vijf paardenkrachten in beweging
wordt gebracht. In een kneedwerktuig met messen, gelijk de moderne bakkerij
dat bij de broodbereiding gebruikt, wordt nu de klei door tal van rondwentelingen
zodanig vermalen, gestampt, vermengd, verfijnd en gelijk gestoten, dat zij er in een
veel betere toestand uit gestoten wordt.
Diepe kelders
Is zij aldus voor de eerste keer gemalen, dan wordt ze in diepe kelders gebracht,
waarin men haar ruim een half jaar laat liggen drogen en uitdampen ten einde ze
voor de latere behandeling des te geschikter te doen worden.
Dit heeft klei dus met wijn gemeen, dat een kelderverblijf haar beter doet worden.
In de kelder verkrijgt zij vastheid en sterkte, welke haar geschikt maakt, om ze later in
blanke pijpen te herscheppen.
Na verloop van dit halfjaar wordt de klei, waarbij de eerste maal de afval van reeds
bewerkte klei gevoegd was (de eigenaardig genaamde ,,schrobbeles”), opnieuw in de
molen gemalen.
Dit hernieuwde malen is nog, om de klei zo gelijk, fijn en smedig te doen worden,
dat zij voor de verdere bewerking geschikt is.
Als ivoor
Wanneer nu de klei zodanig vermengd en gezuiverd is, dat zij even glad en gelijk als
ivoor is geworden, wordt zij in de werkplaats der vormers gebracht. Hier zitten de
pijpenmakers rustig en vreedzaam, ongeveer als horlogemakers voor hun
gezamenlijke werkbank, tegenover elkaar aan de lange tafels.
Van klei tot Goudse pijp!
Tekst uit: ,,Het Leeskabinet”, december 1898
Uitgave: ,,Stichting De Goudse Pijp”.
Voor meer informatie: www.dutchride.nl
Burgemeester M. Schoenmaker, de heer J. de Jong (VIE) en
Patrick Vermeulen ondertekenden het Certificaat
waarmee Patrick met het maken van kleipijpen op de
Immaterieel lijst is toegevoegd.
Goudse kleipijp maken
Immaterieel erfgoed
Patrick Vermeulen ontvangt prachtige oorkonde/wimpel voor het
(met de stichting ,,De Goudse Pijp") op de kaart zetten van het
prachtige ambacht van Kleipijp maken.
IOV
De sectie IOV Nederland opereert onder de vleugels van de wereldwijde IOV World organisatie.
De Internationale Organisatie voor Volkskunst. De Sectie IOV Nederland heeft ten doel de
volkskunst en de volkscultuur in al haar geledingen te bevorderen.
Zij tracht haar doel te verwezenlijken door:
-
het onderhouden van intensieve contacten met IOV-mondiaal.
-
het organiseren van bijeenkomsten voor de aangesloten organisaties en personen.
-
het uitgeven van de periodiek Nioviteiten ter verstrekking van informatie.
-
de contacten bevorderen tussen groepen, festivalorganisaties,instellingen en personen
die zich bezig houden met volkskunst en volkscultuur. -
Het adviseren van groepen, festivalorganisaties, instellingen en personen over alle a
specten van de volkscultuur. -
Het leggen van contacten met andere organisaties die zich geheel of gedeeltelijk op
hetzelfde terrein bewegen.
Gouda is museum rijker!
Rijdend Pijpenmuseum doormiddel van een digitale presentatie in het museum.
Voor de stad Gouda een prachtige aanwinst.
Regelmatig zal deze koets dan ook
door historisch Gouda rijden.
(Museumkaart niet geldig voor dit museum)
na ruim 8 maanden renovatie weer zo goed als nieuw.
de bovenstaande strip in hun wekelijkse uitgave!
17 juli 2014 werd de koets van So What uit de soos gedragen.
Deze koets uit de Stalhouderij van de fam. Dekker, dus nu volledig gerestaureerd en
volledig inzetbaar voor vele activiteiten.
Op de foto Patrick Vermeulen van de Stichting De Goudse Pijp
Zaterdagmiddag 4 april a.s. bij So What aan de Vest 30 in Gouda
de officiële opening van dit unieke museum.
In dit eerste kwartaalnummer 2015 weer veel aandacht voor twee Goudse ambachten
(kleipijp maken en plateelschilderen)!
Stadswandeling ,,De Goudse Pijp"
via nieuwe app xplreGouda
Grote belangstelling voor het ambacht
Goudse kleipijp maken bij het
Tesselaar Tulip festival in Olinda (Melbourne)
Vrijdag 19, zaterdag 20 en zondag 21 september het Holland weekend
bij dit festival.
Ruim 15.000 bezoekers trok dit evenement.
Voor vele emigranten uit Nederland een mooie gelegenheid om weer eens
GEZELLIG met elkaar een praatje te maken over het mooie vaderland.
Vele waren als kind uit Nederland vertrokken in de jaren vijftig van de
vorige eeuw.
Volop bewondering en belangstelling was er voor het ambacht van
Goudse kleipijp maken.
Velen wisten te vertellen dat Opa altijd een pijpje rookte.
Patrick Vermeulen van de ,,Stichting De Goudse Pijp” heeft deze dagen
verscheidene workshops verzorgd voor kinderen die het geweldig vonden
om zelf een kleipijp te maken, die ze dan ook mee naar huis mochten nemen.
There was a lot of interest for the art of Gouda’s Clay Pipe
making at the Tesselaar Tulip Festival in Silvan (Melbourne) Victoria.
Friday 19th, Saturday 20th and Sunday 21st of September 2014, they celebrated the
Dutch weekend at this Festival, which was visited by approximately 15,000 guests.
It was a great opportunity for a lot of Dutch migrants to catch up and talk about
their beautiful homeland. A lot of them left the Netherlands in the 1950’s.
There was a lot of amazement and interest in the art of making the
“Gouda Clay Pipes”.
Quite a few remembered their Grandfather smoking a Pipe.
Patrick Vermeulen, from the “Goudse pijp” Gild ran several workshops at the festival
for children, who enjoyed learning to make their own wonderful clay pipe,
and specially because they were allowed to take them home.
Vertaling: Tim Timmermans van radio 3zzz www.3zzz.com.au Melbourne.
Wekelijks 1 uur internetradio Dutch muziekuurtje voor Nederlandse Emigranten
(gehele week te beluisteren op uw computer)
eigen gemaakte kleipijp.
,,Stichting De Goudse Pijp" bij de opnamen (Zierikzee)
voor de film over de Zeeuwse zeeheld
Michiel de Ruyter.
Vermeulen is te zien als marskramer op de markt waar hij Goudse Kleipijpen verkoopt.
En wel in een scene waarin de dochter en vrouw van Michiel de Ruyter ruzie krijgen.
De film, met een voor Nederlandse begrippen zeer ruim budget van acht miljoen euro,
is naar verwachting vanaf februari 2015 te zien in de Nederlandse bioscopen.
Burgemeester Milo Schoenmaker (Gouda) bezocht
woensdag 29 januari j.l. Pijpenmakerij ,,De Goudse Pijp”.
De burgemeester met stofjas werd zelfs aan het werk gezet
en toverde een echte Goudse kleipijp uit de ,,oude pijpenmal”.
Patrick Vermeulen en zoon Dylan (maakt ook pijpjes) volgen met
bewondering de vaardigheden van misschien wel een nieuwe
Goudse kleipijpenmaker.
o.a. Kees van Kooten bij Tijd voor MAX over de Goudse kleipijp.
over de Goudse kleipijp naar China
Door middel van deze website proberen wij de historie van de
Goudse kleipijp onder de aandacht te brengen,
dit met verhalen en impressies.
Ook willen wij als Ambachtelijke Pijpenmakerij (de kleipijp) weer
nieuw leven inblazen en doen dit op onze eigen wijze
met diverse toepassingen en combinaties van heden.
Veel hiervan is nog niet uitgevoerd,
maar laten wij eens kijken of dit te realiseren is.
Laat u meenemen in het verleden en
neem een kijkje in het heden van de Pijpenmaker.
Volg ons ook op twitter @Goudsepijp